Overwater Grondbeleid Adviesbureau

Veranderende focus bij het toepassen van grondbeleidsinstrumenten

Vrijdag 7 januari 2022
Geschreven door Peter Overwater en Diana Frikkee

Focus nu ook op de transitie van het landelijk gebied door Drang en of Dwang

Bij het toepassen van grondbeleidsinstrumenten lag tot voor kort de focus op het bouwen van woningen, (in het algemeen) een financieel rendabele bestemming.
Waarbij:
  • de overheid uitmaakt uit wat, waar en wanneer wordt gebouwd;
  • marktpartijen de bouw feitelijk voor hun rekening en risico realiseren;
  • de overheid haar kosten vergoed krijgt;
  • de grondprijs als residu van een complex (gemiddelde waarde minus aftrek van de kosten van de overheid) die een eigenaar toekomt op basis van het grondrecht eigendom.
 
Daar komt nu bij de transitie van het landelijk gebied door de inzet van het Rijk, ondersteund met een transitiefonds Nationaal Programma Landelijk Gebied van € 25 miljard.
Deze transitie bestaat uit het verkleinen van de agrarische oppervlakte om voor andere doeleinden te gebruiken en het veranderen van het overblijvende agrarische gebruik. Dat zal worden gerealiseerd door de overheid door de inzet van grondbeleidsinstrumenten, waarbij het een grondrecht van eigenaren is om de schade die dat voor hen met zich mee brengt vergoed te krijgen.
Waarbij:
  • ook hier de overheid uit maakt wat, waar en wanneer wordt gerealiseerd;
  • maar bij een niet financiële rendabele bestemming (zoals infra- structuur en natuur) realiseert de overheid en dus niet marktpartijen;
  • met als grondprijs de agrarische waarde met veelal een plus (ter voorkoming van extra kosten van verwerving zoals die van onteigening) die een eigenaar toekomt op basis van het grondrecht eigendom.
 
Daarbij kan door de overheid worden gekozen voor het:
  • uitoefenen van Drang: het instellen van beëindigingsregelingen, het beschikbaar stellen van ruilgrond, een aanbod tot koop uitbrengen en het vestigen van een voorkeursrecht bij niet agrarische bestemming. Dan ontstaat er geen recht op een schadelosstelling want is op basis van vrijwilligheid.
  • uitoefenen van Dwang: beperken gebruik op basis Omgevingswet (Ro en milieu) en onteigenen. Dan ontstaat een recht op een (volledige) schadeloosstelling.
 
Duidelijk is dat er op dit moment in Den Haag (en op de provinciehuizen die de regie in de regio's gaan voeren) wordt nagedacht over hoe dat geld in te zetten om de doelstellingen te bereiken.
Waarbij wij denken dat aandachtspunten onder meer zullen zijn:
  • het herstel van vertrouwen van de agrarische sector in de goede wil en het capabel zijn van de overheid. Nodig om bij grondeigenaren aan tafel te kunnen komen, om überhaupt grondruil of koop aan de orde te kunnen stellen;
  • in welke mate overheden het gebruik van eigendom (door verbod en gebod) gaan beperken op basis van de Omgevingsplannen en de spanning die dat kan opleveren met het grondrecht eigendom;
  • het duidelijk worden dat door de Omgevingswet planschade (dan nadeelcompensatie) is beperkt tot een nagenoeg lege huls en mandarijnenwetenschap. Zodat dit in ieder geval gevoelsmatig de inbreuk op het eigendomsrecht niet zal rechtvaardigen;
  • kostenverhaal, baatafroming en verevening binnen gebiedsontwikkelingen met financieel rendabele en onrendabele functies.
 
Net als bij Sturend Grondbeleid dat ziet op het realiseren van financieel rendabele gebiedsontwikkelingen, zal het gaan om het toepassen van grondbeleidsinstrumenten in hun onderlinge samenhang. Over het hoe dit vorm te geven denken we graag mee en adviseren wij inmiddels partijen, gericht op het met elkaar aanpakken van deze opgaven.
Ook zullen we hiervoor ons cursus aanbod aanpassen en uitbreiden.